De OK 25 jaar later, een terugblik uit 2045
Het is achteraf moeilijk voor te stellen, maar in 2019 dachten veel mensen dat door de personeelstekorten de continuïteit en kwaliteit van zorg op de OK op de rand van de afgrond stonden. Logisch ook wel, want bijna dagelijks voelde men de effecten van deze tekorten. Niet-gekwalificeerd personeel werd ingezet, waar de beroepsverenigingen zich terecht zorgen over maakten. Nieuwsites stonden vol met cijfers over de hoeveelheid studenten die jaarlijks opgeleid moesten worden om in 2030 voldoende personeel te hebben.
De oorzaak van dit probleem lag echter verder terug in de geschiedenis. Het ging eigenlijk net als met het klimaat in die tijd, in de 21e eeuw werden we geconfronteerd met de problemen die veroorzaakt waren in de 20e eeuw. In de gezondheidszorg ging het in die tijd niet anders. Men kon ook niet anders. Closed Loop Precausing was toen nog niet uitgevonden.
Van oudsher waren de opleidingen voor OK personeel decentraal georganiseerd. Dat wil zeggen, ziekenhuizen bepaalden zelf hoeveel studenten er aangenomen en opgeleid werden voor de “huisopleiding”. Waren er te weinig werkbegeleiders, dan werden er minder studenten aangenomen. Hierbij werd niet of nauwelijks gekeken naar de regionale, laat staan landelijke behoefte aan OK personeel. Het ziekenhuis had de regie en bepaalde het studentenaanbod van de opleidingscentra. Dit systeem kon bestaan binnen een overschotmodel, maar door de toenemende tekorten werd de zwakte van dit model pijnlijk zichtbaar.
In het eerste decennium van de 21e eeuw kwamen er – naast de inservice opleiding - nieuwe initiatieven zoals de HBO-V-T en Bachelor Medische Hulpverlening. Hiermee werd de afhankelijk van de “opleidingsbereidheid” van ziekenhuizen beperkt. Maar daarmee was het probleem nog niet helemaal van tafel. De ziekenhuizen waren niet “klaar” voor dit nieuwe ras. Stageplaatsen voor de theoretisch opgeleide studenten waren er nauwelijks, of werden niet gecreëerd. Adaptieve ziekenhuizen zorgde voor een soort “post-BMH” praktische leerroute, zodat afgestudeerde BMH’ers toch inzetbaar werden. Het bleek de spreekwoordelijke druppel op een gloeiende plaat. Alle goed ingerichte opleidingstrajecten ten spijt, men kon niet voorkomen dat er in 2025 een kabinetscrisis ontstond door deze personeelstekorten. Het kabinet-Baudet I trad aan. De wachtlijsten voor electieve (geplande) operaties waren inmiddels opgelopen tot één jaar. De sterftecijfers liepen recht evenredig op met de wachtlijsten.
Het deltaplan van kabinet-Baudet I loog er niet om. Door de afgezwakte klimaatdoelstellingen werd er financieel opeens veel mogelijk. Doel was om zoveel mogelijk studenten (ook uit het buitenland) aan te trekken en de salarissen marktconform te verhogen naar het niveau van het bedrijfsleven. De AOW leeftijd voor de hele zorgsector ging naar 63 jaar, wat een tegenstrijdige interventie leek, maar een schot in de roos bleek. Baudet I loodste dit plan door de Eerste– en Tweede kamer, en toen ging het snel. De echte klapper kwam echter uit een andere hoek.
Al in 2013 werden in China de eerste experimenten gedaan met Artifical Intelligence in de zorg en dan met name op het gebied van Linguïstische Programmeren en Medical Precausing. In 2024 werd er een nieuwe standaard voor digitale - en verbale taal ontwikkelt voor eenduidige mondiale communicatie in de zorg, ‘SNOMED CT+’. Een upgrade van het al langer bestaande SNOMED CT. Het beheersen van deze taal werd een voorwaarde om in de zorg te mogen werken. De internationale grenzen verdwenen als sneeuw voor de zon. Communicatieproblemen, die we in een mislukt internationaal project in 2010 hadden met OK medewerkers uit India, waren er niet meer. De Google Translate Ear Device schoot te hulp als een term toch even weggezakt was.
Vanaf 2026 behoorde de Varkenscyclus tot het verleden. Ons internationaal georganiseerde zorgmodel zorgde ervoor dat het systeem kon “ademen”. Inzet van personeel als het nodig was en internationale jobrotatie als er een overschot was. Voordeel was ook dat onze studenten een enorme internationale blik kregen op de gezondheidzorg en, niet onbelangrijk, veel avonturen in het buitenland konden beleven. Het studentenaanbod was in 2027 nooit eerder zo groot voor OK opleidingen en de uitstroom nog nooit zo klein. In 2027 werd numerus fixus ingesteld voor alle OK opleidingen.
Verantwoording
Het hier geschetste toekomstbeeld is uiteraard fictief en de wens de vader van de gedachte. Echter, de aangehaalde universele taal SNOMED CT bestaat en wordt steeds breder ingezet. Er zijn zelfs al vertalingen in Deens, Frans, Spaans en Zweeds. De internationale taal is er dus al. De toekomst zal uitwijzen of wij deze taal kunnen gebruiken om internationaal personeelsbeleid mogelijk te maken.
Bronnen:
Volkskrant 6 april 2019: “Het klimaat, vijftig jaar later: een min of meer hoopgevend bericht uit 2069”
https://nvma.nl/magazine/actueel/de-invoering-van-een-zorgbrede-terminologie-wat-betekent-dit-voor-de-nederlandse-gezondheidszorg/
Gebruik jij de OK Visie app al?
Ja? Daar zijn we blij mee! Nog niet?
Download hem hier voor
Android en
iOS