heet vanaf nu
2021
24
jan
door
Martijn Lupke
2336
5
0

Dé anesthesioloog | Arvic den Dulk

Arvic den Dulk is een anesthesioloog met humor, zelfspot en een onuitputtend relativeringsvermogen. De perfecte ingrediënten om een patiënt in een van zijn meest kwetsbare momenten de zorg en aandacht te geven die nodig is. Als vader van vier kinderen, waarvan de jongste 4 maanden is, is de grootste uitdaging op het moment hetgeen wat hem beroepshalve wel goed lukt, het in slaap krijgen van deze jongste spruit.

‘Natuurlijk ben ik niet de enige ouder wiens kinderen het wakker blijven tot ware kunst hebben verheven, maar als anesthesioloog voelt het falen nog intenser.
Net als onze buurvrouw van vroeger die als relatietherapeute dagelijks slaande ruzie had met haar man.’

Mijn studie geneeskunde aan de VU in Amsterdam was een feest. Wel een iets langer feest dan gepland, maar daar heb ik verder nauwelijks last van gehad. Het is opmerkelijk dat je je achteraf nog weinig herinnert van de medische inhoud van de co-schappen, maar juist veel meer van de mensen met wie je toen werkte. Bijvoorbeeld de gastro-enteroloog waarbij ik ooit een jong stel uit de wachtkamer haalde voor een intake en lichamelijk onderzoek. Om er vervolgens vlak na het begin van het lichamelijk onderzoek achter te komen dat ze elkaar helemaal niet kenden. Het was een leerzame tijd waarin ik merkte dat geneeskunde een breed vak is dat beoefend wordt door mensen met uiteenlopende karakters.

Mijn eerste baan begon ik als arts assistent interne in het Diakonessenhuis in Utrecht. Eén van de patiënten uit die tijd die ik me nog goed herinner kwam op de SEH met symptomen passend bij een spanningspneumothorax. Aangezien ik net mijn A.L.S. boek had doorgelezen, aarzelde ik geen moment en stak een naald op precies de juiste plek tussen zijn ribben.


Twee weken later, nog nagenietend van mijn recente heldendaad ging het reanimatie sein op de verpleegafdeling. Een soortgelijke casus lag in bed naar adem te happen waarna ik mijn "truc met de naald" herhaalde. Helaas zonder positief resultaat. De radioloog die daarna de X-thorax beoordeelde, bevestigde inderdaad de aanwezigheid van een pneumothorax, echter pas ontstaan na mijn goedbedoelde actie. Mijn supervisor liet me weten dat het hem verstandiger leek als ik me, gezien mijn liefde voor naalden, verder zou richten op de anesthesiologie.

Nadat ik tussendoor nog twee maanden via het uitzendbureau bij het Aeromedisch Instituut als keuringsarts werkzaam ben geweest, werd ik aangenomen op de ic in de Klokkenberg in Breda, het thoraxcentrum van het Amphia ziekenhuis. Een voormalig sanatorium midden in de bossen waar ik met mijn veel te oude Volvo vanuit Amsterdam dagelijks naartoe reed. Of liever gezegd trachtte te rijden. Want behalve met mijn collega's ontstond er in die periode ook een innige band met de wegenwacht. Maar als de sfeer ergens goed is en je hebt het naar je zin is reistijd met alle bijbehorende ongemakken relatief.

Uiteindelijk kwam ik in opleiding bij de anesthesiologie in het UMC in Utrecht. Met professor Knape als opleider had ik het niet beter kunnen treffen. Of dat wederzijds was heb ik hem nooit durven vragen.

Sinds 2,5 jaar ben ik werkzaam in verschillende klinieken als zelfstandige. Nou ja zelfstandig, als anesthesioloog ben je altijd blij dat er een anesthesiemedewerker is die je in de gaten houdt. Het is bijzonder om te ervaren dat je in de communicatie met de anesthesiemedewerker vaak aan een half woord genoeg hebt. Ook al werk je voor het eerst met elkaar samen. Alsof je al jaren met elkaar getrouwd bent, alleen dan in de positieve zin van het woord.

In een kleine kliniek is het essentieel dat je als team beseft dat er -in tegenstelling tot een ziekenhuis- weinig back-up is. De veiligheid van de patiënt staat natuurlijk buiten kijf, maar hoeft niet in de weg te staan van vlot doorwerken.

Een gezonde dosis paranoia, humor, medemenselijkheid, patiënten kunnen geruststellen, handig en doortastend zijn. Dat zijn eigenschappen van de ideale anesthesioloog. Maar genoeg over mijzelf.

Want waar het uiteindelijk om gaat is de patiënt. En de rol van de patiënt is geen benijdenswaardige. Om liggend in een bed naar de ok gereden te worden. Om een operatiehesje aan te krijgen, zodat "we overal makkelijk bij kunnen". Om telkens te moeten herhalen hoe je heet en waar je voor komt. Om dan ook nog de opdracht te krijgen, terwijl je vol gehangen wordt met plakkers en draden, om vooral aan iets leuks te denken. Ik geef het je te doen.

Om deze rol te verlichten is een taak weggelegd voor de anesthesie. Een taak die mij nog steeds niet verveelt.


Dit interview verschijnt deze maand ook in de OK Visie Krant van januari 2021

Gebruik jij de OK Visie app al? Ja? Daar zijn we blij mee! Nog niet?
Download hem hier voor Android en iOS
Delen
5 keer gedeeld
reageer
advertentie

Ook interessant

blog
Van huishoudelijke hulp naar onmisbare kracht op de OK!
nieuws
Meer actie nodig tegen seksueel grensoverschrijdend gedrag in de zorg
nieuws
Toename van agressie in de zorg: maatregelen ter bescherming van zorgpersoneel
nieuws
Artsen hebben vaker rijke ouders – hoe zit het bij verpleegkundigen?

Martijn Lupke

Martijn Lupke is hoofdredacteur en directeur van OK Visie. Daarnaast is hij werkzaam als anesthesiemedewerker en sedationist in het St Jansdal Ziekenhuis. In 2015 richtte hij OKBlog op, wat in 2017 fuseerde met OK Nieuws tot OK Visie. 

bekijk al mijn blogs >
nog geen reacties geplaatst